Paul & Liek go . . .

Amazing Tana Toraja (part one)

Waar moet ik beginnen? Waar kan ik beginnen? Waar zal ik beginnen? Bij het landschap? Bij de mensen? Bij de cultuur van dit bijzondere volk? Bij de eeuwenoude rituelen die tot heden ten dage nog steeds worden uitgevoerd?

ik weet het oprecht niet! Met open mond kijken, luisteren en voelen we wat zich hier in dit deel van South Sulawesi allemaal afspeelt. Stil worden we, stil zijn we. Stil van verwondering, stil van bewondering, stil van dankbaarheid dat wij hier mogen zijn. Dat wij een ienie-mienie beetje van deze Toraja cultuur mogen proeven.

De eenvoud maakt het o zo prachtig. Geen stressvolle gezichten, geen gejaagde blikken, geen volle agenda's, alleen maar tevredenheid met hetgeen er is en een diep geloof in hun rituelen en hun religie. De buffalo's die zo'n grote rol spelen in deze cultuur, de varkens die een misschien wel even belangrijke rol spelen. De wonderlijke vorm van hun huizen, lijkend op zadels al vinden de Toraja's zelf dat ze de boten symboliseren waarmee ze ooit naar Sulawesi gekomen zijn. De Toraja's leven hun leven zoals zij dat al eeuwen doen, in eenvoud en zoveel mogelijk zelfvoorzienend. De Dood die zo 'levend' is als het Leven zelf. Daar waar een huwelijksceremonie een dag duurt, zo duurt een begrafenisceremonie bij de Toraja's minimaal drie dagen. Even om aan te geven hoe 'groot' het onderwerp dood voor de Toraja's is.

Hun begrafenisceremonie die meer op een bruiloft lijkt. Iedereen is welkom, of je nou Toraja bent of toerist. Er worden kadoos gegeven in de vorm van buffels en varkens (hoe welgestelder je bent hoe meer buffels of varkens), maar ook sigaretten en kiloos suiker zijn een kadoos waar de familie meer dan genoegen mee neemt als het om toeristen zoals wij gaat. Paul wordt tijdens de receptie volledig opgenomen als vriend van de 'familie' als hij de mok koffie, cake en sigaret die hij aangeboden krijgt aanneemt en nuttigt. Op zijn beurt deelt hij ook zijn 'dierbare' kreteksigaretten met hen. Friends forever ;)! Als echte vriend kan hij nu natuurlijk niet meer weigeren om bij de slachting van de vierde buffel te zijn (whaaaarrrrggg). Hij doorstaat het 'keeldoorsnijritueel' wonderwel, de kanjer! Ikzelf kan het niet! Dan maar geen vrienden hoor, maar een slachting van een buffel kan ik echt niet aan (boehoe). Gelukkig, ze nemen het me niet kwalijk en de dochter van de twee weken geleden overleden 82-jarige vader komt nieuwsgierig naar mij notabene om even met me kletsen. Bizar!

De dood is hier geen 'vervelend' onderwerp. De dood hoort hier gewoon bij het leven zoals kinderen krijgen, trouwen en huizen bouwen. Na de dood begeleiden de buffels en varkens, die je tijdens je begrafenisceremonie krijgt van je familie, vrienden en buren, naar het paradijs. De buffels fungeren als de poort, de deur naar de hemel. De varkens zijn de sleutel voor die poort. Eenmaal door de poort tranformeer je tot een halfgod en worden al je herinneringen aan je mooie leven in Tana Toraja gewist. Daar in de hemel, in het paradijs, daar mag je dan als halfgod aan een nieuw leven beginnen. . .

City of Makassar

Na 10 dagen Java, nu dan aangekomen op Sulawesi. South Sulawesi om precies te zijn! De mensen hier praten niet over Sulawesi maar South Sulawesi, alsof het een apart landje is, een eigen regering heeft, een eigen cultuur en een eigen taal ; ).

Wat kunnen we verwachten, wat zullen we allemaal gaan zien en beleven? Ook die positieve verrassing van Java, die ten opzichte van 13 jaar geleden, zo'n groei heeft doorgemaakt zowel qua welvaart als ook qua hygiene?

De eerste aanblik van de stad Makassar, waarbij de regen absoluut een belangrijke rol speelt, is niet al te florissant : (. Veel vervallen huizen, veel half afgebroken gebouwen, opengebroken straten en veel rommel en stinkend afval op straat. Om het nog wat erger te maken wordt de knop van boven vol open gegooid en langzaam beginnen de, met gaten gevulde straten, te overstromen boehoehoe. Onze slippers houden we niet droog natuurlijk, zelfs rubber laarzen zouden onze voeten niet hebben kunnen beschermen en dus gaan we maar op zoek naar een tentje voor een lekker bakkie thee.

'Hmmm, durf jij hier naar binnen?'. Hmmm, denk beter van niet, wat denk jij : (?'. 'Hmmm deze meneer is niet echt blij dat we bij hem iets willen eten/drinken wel?'. 'Hmmm, laten we deze thee met schuimlaag toch maar niet opdrinken of wel?'. 'Hmmm, hier dan maar, dan bestel ik wel pisang goreng, die wordt in ieder geval in de gloeiend hete olie gedenderd waar geen bacterie het in overleeft'. 'Hmmm, zag jij daar in die vuilnishoop ook het een en ander bewegen toen we er vlak langs liepen?'.

Afijn, onze hygiene-normen hebben we flink moeten laten zakken, uhhhh 0-punt niveau zou ik zeggen. Maar ons tripje naar Fort Rotterdam (vooral voor geschiedenis- en geologie-freaks een must) was hartstikke leuk. Na het museum en het fort, waar Paul nu van alles over weet, hebben we nog geanimeerd gekletst met twee vrolijke tourguides over van alles en nog wat. Het Nederlands elftal is hier in Indonesie wereldberoemd en Robin van Persie en Arjen Robben zijn de helden. De Indonesische presidenten, van Soekarno tot Habibi en de nieuwe president, worden uitvoerig besproken en ook het onderwerp religie komt ter sprake. Prachtig om te zien en te horen hoe in dit land de Islam weliswaar door 90% van de bevolking wordt aangehangen maar hoe respectvol en harmonieus er wordt omgegaan met zowel katholieken als andersoortige gelovigen.

Al met al geen stad om nog een tweede keer te bezoeken, maar we gaan van middag toch nog wel even op onze, inmiddels droge slippertjes, de straat weer op voor onze derde massage (yeahhhhh) zodat we morgen fris en fruitig genoeg zijn om ons richting Tana Toraja te begeven. . .

Yogjakarta, City of Happiness

Wat een gave stad! Wat een happiness in de straten! Cultuur en kunst everywhere en hoe trots zijn ze op deze cultuur! De wereldberoemde Malioboro Road met de honderden kraampjes met allerlei oleh oleh (rommelsouvenirs voor toeristen), waarbij ieder kraampje exact hetzelfde verkoopt als zijn buurman en er steevast een verkoopprijs genoemd wordt van 20 x de werkelijke waarde! Maar goed Paul zou Paul niet zijn als hij nu niet een veel te grote mafiabatik korte broek (model nihil) en niet-bijpassend batikprint t-shirt met op de voorkant prijkend 'I love Yogja' zou hebben gescoord voor nog steeds veel te veel rupies ;).

Yogja, stad van het batik, stad van het enige echte Yogja-zilver, stad van de kunstige wajangpoppen van buffelhuid en last but not least stad van een van de wereldwonderen van Unesco, de Borobudur.

Eenmaal in Yogja moet je wel in de toeristenmodus. Paul omdat hij met zijn grijze kuif en 1.85 meter hoog boven de mensenmenigte uitsteekt, maar ook ik als gado-gado indo val met mn 'hollands glorie' postuur ;) niet binnen de maten van de gemiddelde indonesische vrouw (haha we passen samen niet eens in een tweepersoons betjak).

Een stad die niet te vergelijken is met Jakarta of Bandung. Misschien wel even druk, maar anders druk. Vrolijker druk zoals de Amsterdamse vrijmarkt op Koningsdag, gezelliger druk zoals bij de Zomerfeesten tijdens de Vierdaagse in Nijmegen.

Yogja, City of Art. Met verfijnde precisie schilderen de batik-kunstenaressen op katoen of zijde de fraaiste tekeningen. En natuurlijk wandelen wij, een uur later, met een veel te duur en niet gepland om te kopen batik-schilderij de deur uit om het thuis heel misschien in onze slaapkamer op te hangen zodat we altijd weer dat happy gevoel kunnen terughalen zoals dat hier in Yogja in de lucht hangt. Gelukkig lukt het ons om bij de wajangpoppen-kunstenaar de hand op de knip te houden omdat we het tentje herkenden van vier jaar geleden en we de kunstenaar zover kregen dat hij echt geloofde dat hij ons ook herkende ;). En niet te vergeten, het enige echte Yogja-zilver! Wie kent het niet? All over the world wordt het gedragen ;), door mij in ieder geval al bijna vier jaar. Ik heb tenslotte de vorige keer van mijn, toen kersverse echtgenoot, een prachtige zilveren 'trouwring' gekregen. En guess what? Ze heeft er, ter ere van mijn Saartjes-verjaardag, een kameraadje bij gekregen in de vorm van een even zo mooie zilveren armband :). Is dat echte liefde of wat?

En dan als kers op de taart, als highlight van onze city-trip Yogja, een van de wereldwonderen: de Borobudur! Was dit wonder de vorige keer nog bedekt onder een dikke laag stof na de uitbarsting van de Merapi vulkaan, vandaag presenteerde ze zich als een Grande Dame, als de diva der tempels. Drie maal rond de tempel, laag voor laag, wederom onder de indruk van de gedetailleerde uitgehouwde tekeningen die ons een heel verhaal vertellen (waarvan de inhoud vast wel ergens op Google of Wikipedia te vinden is). En dan dat magische moment dat je de top van de tempel bereikt en alle verborgen boedha's in de stoepas ziet. En dan dat nog magischer moment dat je een stoepa uitkiest en je hand door een van de gaten steekt in de hoop dat je de verborgen boedha aan kunt raken en een wens mag doen . . .

Het was weer een feest om hier te zijn! Een mooie afsluiting van het eerste deel van onze reis door Indonesie. Bye bye Java! Op naar Sulawesi en haar Toraja-volk!

On our way to Yogja . . .

Hobbel de bobbel , wiegel de waggel langs de sloppenwijken van Bandung. Tjoektjoekend richting de prachtige groene sawa's. Om vervolgens al denderend over supersmalle bruggen kleine schietgebedjes te doen in de hoop dat de aaneengeschakelde wagons, die ooit in een vorig leven door de Japanners hier op Java gedumpt zijn, veilig aan de overkant zullen komen.

Hopend dat je tijdens de acht uur durende waggelattractie niet naar de wc hoeft en je daarom je uiterste best doet om niks te drinken zodat er ook niets 'uit' hoeft te komen ;). Geloof me maar, al zou je moeten, er is niemand op de wereld die in deze vooroorlogse trein naar de wc wil!

De herinnering aan mijn kindertijd toen ik voor het eerst met mijn paps en mams naar Spanje op vakantie ging (je weet wel, in de karavaan met al die ooms en tantes, en die neefjes en nichtjes, en niet te vergeten mijn kleine lieve omaatje met de allerzachtste wangen van het heelal). De herinnering aan dat moment dat we een rustpauze hielden (dat deden we iedere twee uur omdat mn moeder dat ozo 'gezellig' vond en iedere pauze weer haar gasstelletje tevoorschijn haalde om er witte bonen in tomatensaus op warm te maken, jekkkkkkkk). Die herinnering aan die ene parkeerplaats in Frankrijk waar je dan toch echt even je blaas moest legen. De herinnering aan dat onuitwisbare moment dat je jezelf het wc-gebouw in ziet lopen om vervolgens het wc-hokje binnen te gaan met die deur die van boven en onder open is waardoor iedereen kan meegenieten van alle geuren en geluiden die je eigenlijk liever niet waarneemt :(.

Lieve blaas, hou nog even vol, het is nog maar drie uurtjes en dan zijn we er. Je kunt het, ik weet het zeker. Je bent getraind genoeg om deze trip te maken zonder dat we samen 'dat ene hokje' in hoeven gaan! Geloof me blaas, ook jij wilt daar niet naar toe! Denk nog maar even aan die ene keer in Frankrijk, op die ene parkeerplaats waar we toen wel dat hokje zijn ingegaan . . .

Makan Makan

Al vaak is er geschreven over eten. Al heel vaak is er geschreven over Indonesisch eten. . . En toch ga ik het ook weer doen. Het kan ook niet anders in dit land. Dit land ziet eruit als een bord met fris-gras-groene bananenbladeren met parelwitte rijstkorrels en bamboestokjes met ketjap-bruine sateh. Dit land ruikt naar de kruidige geur van kruidnagel met een zweem van gebakken knoflook en de rook van barbeque. Dit land proeft zo zoet als een superrijpe mango en tegelijkertijd zo pittig als een lepel sambal trassi.

In dit land lijkt alles om eten te draaien. Vanaf zonsopkomst tot het moment dat alle oogjes weer toe gaan draait alles om 'Makan Makan'. Zodra je je hoofd buiten je slaapkamer steekt, of je nou bij familie logeert of in een Bed & Breakfast verblijft, voor je het weet staat er een bord vol heerlijkheden voor je neus. De ene dag is het de vertrouwde smaak van nasi goreng, de andere dag word je wakker met een bord nasi uduk (witte rijst met allerlei kleine gerechtjes zoals gebakken tempeh, reepjes omelet en zoetzout rundvlees in bananenblad gewikkeld). Een paar uurtjes later, als onze magen als vanzelf weer beginnen te knorren door alle kruidige etensgeuren en de rookgeuren van de vele barbequetjes met allerlei soorten sateh op straat, doen we ons tegoed aan nog meer lekkers. Bakmi goreng en gewokte kankung (wilde spinazie) met rode peper en knoflook. Om dan 's avonds, na een middag sightseeing gewoon weer aan tafel te kruipen voor een portie veeeeeeel te hete Crispy Duck waaraan onze darmen echt niet gewend zijn ;). Als toetje dan nog even een lekker stukje pisang goreng met een korstje die zo'n leuk knisperend geluid maakt als je je tanden erin zet.

Ik had, voor ons vertrek, nog heilig gezworen dat ik er niet aan mee zou doen :), aan dat drie keer op een dag een 'avondmaal' . Maar dan zet je voet op Indonesische grond, je ruikt die kruidnagel met dat zweempje knoflook. En dan zijn er nog maar twee keuzes, je draait je om en vraagt de eerste de beste man of vrouw achter een balie waar je een ticket naar Nederland kan kopen of . . . je loopt door en geeft je over aan deze verrukkelijke eetcultuur. 'Do as the Romans do' zoals Erica Terpstra zo mooi zegt tijdens die mooie aflevering van Erica op reis in Sulawesi. Vanaf het moment dat je de keuze maakt om door te lopen is er geen weg meer terug. . .

Little Holland is niet meer. . .

Het Bandung van mijn opa's en oma's is niet meer, al lang niet meer . . . Zo hier en daar zie je nog wel wat verborgen overblijfselen zoals Het Snoephuis die nog steeds zelfgebakken kattetongen, kaasstengels, bokkepootjes, melkbrood en saucijzenbroodjes verkoopt, maar de winkel voelt als vergane glorie. De oude vitrines zijn al sinds het vertek van 'de Hollanders' aan vervanging toe en op de vloer durven zelfs de vliegen hun pootjes niet meer neer te zetten. Even verderop in de Bragastraat (die nu volledig opengebroken ligt ter renovatie), waar mijn tante Floor vroeger op zaterdag altijd ging 'window-shoppen' is ook Maison Bogerijen ( dat nu overigens Braga Permai heet) te vinden. Het van oudsher klassieke theehuis waar de lekkernijen uit het Snoephuis werden geserveerd bij een lekker kopje thee, is omgetoverd tot een modern restaurant voor de hogere, voornamelijk uit indo-chinezen bestaande, klasse.

En zittend op het terras van Braga Permai is er het besef dat het Hollandse Bandung al heel lang niet meer is. Het Hollandse Bandung is met mijn opa's en oma's meegekomen naar Holland. Naar de steden en dorpen in Nederland waar zij met hun gezinnen zijn gaan wonen.

Zoals mijn moeder in 2001 al zei toen zij voor het eerst na 50 jaar weer terug kwam in haar 'geboorte-gebied': 'Dit is niet de stad die ik heb achtergelaten'. 'Dit is niet het land zoals ik het me herinner'. 'Dit is mijn land niet meer, Holland is mijn land, Nederland is mijn thuis!'

Het besef dat je roots niet in een land liggen maar in een cultuur is nu ook bij mij geland. Een cultuur die haar oorsprong vindt hier in Bandung en die zich heeft vermengd met de Nederlandse. De cultuur van Nasi Goreng & Zuurkoolstamp . . . I love it!

Op eigen benen. . .

Na 3 dagen gepamperd te zijn, en vooral beschermd ;), door onze familie, staan we nu dan echt op eigen benen. . .

Om 10.15 uur vertrekt onze trein naar Bandung. Omdat de ochtendspits, volgens onze neef Johnny (ook wel The Godfather genoemd :)) 'un-pre-DictaBel' is, moeten we zo rond 7.00 uur vertrekken. OK! No problem! Keurig om 7.00 uur zitten we klaar nadat we als birthday-ontbijt alweer een kom mie sua, kankung en een pisang goreng naar binnen hebben gewerkt. We de lempers van Onnie (de allerliefste Indonesische tante die er bestaat, oja samen met Orrie natuurlijk) voor nu even afgeslagen hebben. Die vervolgens als lunchpakketje, samen met een bak heerlijk zoet-sappige mangostukken, voor ons in een meeneem-bag worden gestopt :).

7.15 uur! Geen Johnny te bekennen! 4 paar verschrikte ogen van zijn 3 te grappige dochters en zijn liefhebbende echtegenote! Johnny wordt met veel bombarie wakker gelachen door zijn 4 vrouwen ;). Een halfuur later (de uitdrukking 'jam karet' wat zoveel betekent als 'gerekt uur' ;), is hier in vol ornaat van toepassing), zitten we, na een goodby-knuffel-partij waarbij de waterlanders weer rijkelijk gevloeid hebben, alsnog in de auto. . .

'Just in time' arriveren we op stasiun Jakarta Gambir, on our own. . . We installeren ons comfortabel in de lekkere stoelen in de eksklusif coupe en zetten ze maar gelijk in de slaapstand :). Dat duurt echter niet lang. De trein loodst ons door een scala van gezichtsvelden. Langs de sloppenwijken van Jakarta waarbij je hart echt even stil komt te staan door het confronterende beeld maar waarbij de lachende en vrolijke gezichten van de spelende kinderen langs de spoorlijn (I know, levensgevaarlijk!!!) ons toch het meest bijblijven, tot de meest prachtige glooiende heuvels vol sawa's en theeplantages. Beautiful!

Om aan te komen in Bandung, de stad uit de verhalen van mijn oma. Oma Carolien (ook wel tante Pol genoemd). Die zo heerlijk kon vertellen over haar leven in Nederlands Indie en vooral haar leven hier in Bandung. Over haar werk als boekhoudster voor de assistent resident van Bandung. Over het koken dat ze deed om een extra centje te verdienen voor het gezin. Over het heerlijke klimaat en het vestje dat ze 's avonds altijd aantrok omdat het hier in Bandung dan zo aangenaam afkoelt. Mooi om precies op deze plek te zijn waar haar verhalen weer tot leven komen. En mooi om juist in deze mooie Rumah Dangdos (een huis uit de koloniale tijd die weer volledig in oude stijl is teruggebracht en nu als sfeervol B & B fungeert) te voelen waar die verhalen zich hebben afgespeeld. We wanen ons begin 20ste eeuw . . .

Heerlijk! Het is 6.00 uur, de zon is al op, de temperatuur is al meer dan lekker. Zittend aan de robuuste stamtafel, uitkijkend op de sfeervolle binnenplaats met de traditioneel gedekte ronde tafeltjes voor het ontbijt, kan ik alleen maar 'dank je wel lieve oma' zeggen en genieten . . .

The Little Hilton . . . (Part Three)

Mission accomplished! The Two Sisters back in Serpong! Het was bijzonder om lieve Maud en Liet te herdenken met hun dierbare nichten O'rrie en O'nnie. Het ultieme familiegevoel waarmee wij als kinderen van de derde generatie zijn opgegroeid in Nederland.

Ineens begrijp je alles! Begrijp je waarom je moeder altijd maar weer ieder weekend naar haar moeder wilde om daar al haar broers en zussen met hun gezinnen te zien. Ineens begrijp je waarom er tijdens ieder maal, of het nou ontbijt, lunch of diner is, weer over eten gesproken wordt. Ineens begrijp je waarom je vroeger als kind iedere keer maar weer naar de winkel gestuurd werd om weer een of ander kruidig ingredient te halen. Ineens begrijp je waarom je neven en nichten als broers en zussen voelen, en je ooms en tantes als je tweede vaders en moeders. Ineens begrijp je waarom je ouders vroeger altijd met de hele familie in een lange karavaan van auto's richting de Costa Brava wilden gaan om daar in een soort van kumpulan van tenten en caravans op een camping te gaan staan en daar samen te genieten van het samen eten en drinken onder de tropisch warme zon van Spanje.

Dank jullie wel lieve familie, dank jullie wel voor jullie hartverwarmende gastvrijheid. We will come back to your beautiful Little Hilton . . .