Quiz. . Doe mee met onze 'Paul & Liek go Indonesia Quiz' en win een overheerlijke indische rijsttafel op de Vedel in Zevenaar. Het antwoord op de vraag kan alleen met 'Paul' of 'Liek'
beantwoord worden. Vraag 1 Wie heeft op dag 1 direct nieuwe leren teenslippers gekocht en oefent daarmee de nationale manier van lopen in Indonesie (sjerret sjerrot)? Vraag 2 Wie spreekt inmiddels
een aardig woordje Bahasa met de lokale bevolking? Vraag 3 Wie ontbijt er 's morgens met bahmi of nasi goreng? Vraag 4 Wie moet nu al huilen als hij of zij denkt aan de stormen en de kou in
Nederland? Vraag 5 Wie steekt inmiddels de ene kreteksigaret na de andere op? Vraag 6 Wie snorkelt er op los in een school paarse kwalletjes en zit dus nu onder de rode vlekken? Vraag 7 Wie zit ook
onder de rode bultjes en vlekken, maar dan niet van de kwallen maar van de warmte? Vraag 8 Wie vliegt minimaal 5 meter de lucht in bij het zien van een megaspin in de kamer? Vraag 9 Wie wil het
liefst iedere dag gemasseerd worden? Vraag 10 Wie ligt er krom van het lachen als de tokeh weer van zich laat horen? Degene(n) met de meeste goede antwoorden winnen de prijs. Wij laten jullie voor
het einde van onze reis weten wie de winnaar(s) zijn.
Balinese luxe Hemel, we weten niet wat ons overkomt. Gisteren nog in een chinees warunkje, in het hoofdstraatje van Kalibaru waar de scootertjes en autoos af en aan rijden, nasi campur zitten
eten voor vijf euro. Vandaag zitten we in een luxe Balinese resort te genieten van de zee voor ons en de bergen achter ons na een heerlijke ontspannende Balinese massage. Vandaag hebben we afscheid
moeten nemen van Java. het drukke leven daar op straat, de ongelooflijke vriendelijke mensen, het heerlijke Javaanse eten en de moskeeen. Met de ferry naar Bali waar we direct het verschil merkten
met Java. rustige wegen, mooi geasfalteerde wegen, overal mooie begroeiing en aapjes, overal aapjes. We logeren in het Bali Barat National Park op een resort waar alleen maar rust heerst. Stilte en
sereniteit! Poeh dat is even omschakelen voor ons maar we gaan er de komende drie dagen gewoon heerlijk van genieten. . . .
Onze chauffeur is echt een hero. Eerst brengt hij ons veilig in het donker via hobbel de bobbel wegen naar de Bromo, vervolgens brengt hij ons met dezelfde hobbels en bobbels, met een auto die
onder het vulkaanstof zit van de eruptie van die ochtend weer terug naar beneden. Hij stopt onderweg om voor ons rambutan, kacang, koffiebonen, salaks en nanka te kopen.
Ondanks het feit dat er voor ons een aantal excursies inbegrepen zijn, adviseert hij ons zo her en der toch ook nog andere leuke dingen te doen zoals de theeplantage van een paar dagen geleden,
maar met als hoogtepunt toch wel vanmorgen.
Nadat we eerst effe rondgesnuffeld hebben op de plaatselijke passar van Kalibaru, rijden we door naar de plantage van Meprou Harnie. Meprou Harnie is tropisch plantkundige en runt de plantage die
al sinds haar grootouders in familiebezit is. Ze spreekt ongelooflijk grappig Nederlands, met die hele dikke D. Na een vrolijke wandeling over de plantage, waar we uitleg krijgen over gula
(palmsuiker), koffie, cacao, kaneel, kurkuma, kardemom, nootmuskaat en al wat daar nog meer groeit en bloeit eindigen we de wandeling met een dansvoorstelling met kinderen. Onder het genot van een
kopje kopi met pisang goreng en lumpur dansen de meisjes als ballerina's voor ons. Wat een schatjes. . . . . .
Wat een prachtige plek om onze toer op Java mee te eindigen.
Helamaal in het oosten van Java, in een dal ergens midden tussen de plantages, daar hebben we voor de eerste keer in ons leven een tokeh gehoord. Hoe bijzonder dat je een beest dat je niet ziet,
genaamd de tokeh, ook direct herkent als de tokeh. Het geluid dat ie maakt klinkt ook echt als Toh-keh. Het is zo'n grappig geluid dat je vanzelf terug gaat praten tegen het beest, met als gevolg
dat er minutenlang een heel toh-keh gesprek over en weer ontstaat. Ongelooflijk!
Krekels, tjitjaks, vogeltjes in alle soorten en maten, een kakafonie van geluiden. Zittend op de veranda, met de zon die net aan het opkomen is en een temperatuur die ronduit zalig is, precies op
dit moment, op dit moment mag ik ervaren wat ultiem geluk is. . .
Wat een gebrul de hele avond en nacht. Donder en geraas alsof de Bromo ieder moment van plan is te exploderen. Maar naarmate de uren verstrijken lukt het ons toch om in slaap te vallen. Adoe, om
kwart over drie gaat die verrekte wekker alweer, we hebben amper geslapen voor ons gevoel. Maar goed. alles voor het goede doel, en de spectaculaire zonsopgang die ons beloofd is.
Om vier uur sharp, geen jam karet dus, vertrekken we met een fourwheeldrive richting de vulkaan. De voorruit van de jeep is zo vies en vol met stof dat we ons afvragen of de chauffeur nog van plan
is de ramen schoon te maken voordat hij met ons in die jeep stapt. Nee hoor, niet nodig volgens hem, hij heeft genoeg zicht. De weg is een grote modderpoel van neergedwarreld stof van de erupties
van de vulkaan (de Bromo is sinds december weer actief).
Hobbel de bobbel de bobbel in de nacht, zonder verlichting op straat op een hele smalle weg, geen hand voor ogen kunnen zien, de voorruit wordt viezer en viezer . . . .
Na een halfuurtje hobbelen staan we ineens stil bij een groepje jeeps. Ohhhh we moeten eruit. Zijn we er al dan? Neeeeeeee, jullie moeten nog 3 kilometer te voet verder klimmen voor het eerste
uitzichtpunt. He? Nou ja wij zullen wel gek zijn. Staan er ineens allemaal mannetjes met paarden om ons heen. Of we niet effe lekker met een paardje omhoog gebracht willen worden voor maar 8 euro
per persoon. Boehoe, ik ben bang voor paarden!!!
Maar goed, natuurlijk zijn we alletwee op zo'n paardje gestapt, hobbel de bobbel omhoog. Na een kilometer ofzo worden we alsnog van de paarden afgeknikkerd, vanaf hier moeten we toch echt zelf
omhoog klauteren. Duhhhhhhhhh
Aangekomen op het uitzichtpunt, de zon is al lang en breed op, geen zonsopgang meer te bekennen, blijkt het daarboven foggy en rainy. Al waren we eerder geweest, dan nog zouden we geen sunset
gezien hebben waarschijnlijk. Domper!
Terug dan maar naar het hotel voor een ontbijtje en een douchje en dan weer verder richting Kalibaru. Tijdens de terugrit naar beneden zien we pas wat een schade de erupties van de vulkaan zowel de
natuur als de dorpen heeft aangedaan. Troosteloos, alles is zwart. Afschuwelijk om te zien. Stof van 20 cm dik en terwijl wij wegrijden heeft de Bromo ons als afscheid nog een eruptie kado gedaan
waardoor we door een dikke stofwolk onze trip vervolgen.
Inmiddels zijn we veilig en wel aangekomen in Kalibaru waar we net heerlijk hebben gezwommen, gemasseerd zijn en tezamen met tig bussen andere Nederlanders vanavond van een lux maaltje gaan
genieten.
A long trip to Malang Om acht uur vanmorgen zaten we al als de sultan en zijn prinses koninklijk in het deluxe busje met onze prive chauffeur. Decadentie ten top! En dat in een land waar het contrast
tussen arm en rijk al zo giga groot is. Van bedelende oude mannetjes tot boedhabeeldjes verkopende jongens tot keurige meiden die als local guide in het paleis van de sultan werken. Van krottenwijken
tot megagrote villaas. Soms hebben we het er wel een beetje moeilijk mee, we zouden alle armen hier wel mee willen laten delen in onze rijkdom, maar alles wat we geven is een druppel op een gloeiende
plaat. Paul wisselt met mannen op straat zijn sigaren in ruil voor kreteksigaretten, ikzelf geef zo her en der duizend rupies aan een bedelaar. Via Solo en een bezoekje aan de kraton van de sultan
aldaar, komen we rond half acht 's avonds aan in Enny's guesthouse waar we in het Nederlands hartelijk verwelkomd worden. Vanavond heb ik mijn tante Lietje wel heel erg gemist! Boehoe, waar kunnen we
wel, en waar kunnen we niet eten? Voor de safety maar gekozen voor Osoto, een soort macdonald waar je allerlei soorten soto kan eten. Nou ben ik daar in Nederland ook al niet echt fan van, maar van
die oude en kapotgerende kippen valt natuurlijk al helemaal geen lekkere soto te maken. En die bami van Paul was al helemaal niet om aan te zien. Afijn, tante Liet, Mea of Jan, het lijkt ons zeer
verstandig als een of meerdere van jullie als de wiedeweerga in het vliegtuig springen om ons hier bij te staan met al die overheerlijke eettentjes waar we nu niet durven te eten. . . . . . . .
Tempeldagje Na onze becak-tour van gisteren hadden we inmiddels al een beetje van de overvolle jalans van Jogja meegekregen. Vandaag tijdens onze rit richting de Borobudur kregen we het vanuit onze
eigenste busje met prive-chauffeur (superaardige vent die ons een beetje bahasa leert en waar we eigenlijk gewoon nederlands mee kunnen praten) nog weer er nog even weer wat meer van mee.
Scootertjes, duizenden, met babies, kleuters, jonge jongens, meiden in amazonezit achterop, ongelooflijk dat het allemaal goed gaat. Naast de vele scootertjes natuurlijk ook veel, heel veel busjes,
autoos en allerlei andere voertuigen, zoals becaks, becaks met een paard ipv een fiets, snap ik nu eindelijk eindelijk wat 'sjerret sjerrot' betekent! Het is namelijk de nationale manier van
lopen hier in Indonesie ; ). Werkelijk iedereen die op slippertjes of andersoortige sandaalachtige voetbekleding loopt wil zo snel mogelijk de zool versleten hebben, daarom tilt gewoon niemand zijn
of haar voeten op bij het lopen. Ontzettend grappig geluid: sjerreeeet, sjerrooooot. . . . De Borobudur lag er weer mooi bij, inmiddels zo goed als schoon na de enorme laag Merapi-lava die er
in november op is komen te liggen. Helaas waren ze nog bezig met de bovenste laag, precies die laag waarop de stoepaas staan die je moet proberen aan te raken voor nog meer geluk en succes. Jammer,
maar no problem, gelukkig zijn we toch al ; ). Na een zeer verantoord middagmaal met nasi goreng, tempeh goreng, tahu goreng, pisang goreng en loempiaatjes (in een eigenlijk veel te toeristisch
restaurantje) een lange rit gemaakt richting de Prembanan tempel, zeker indrukwekkend, maar het haalt het niet bij de sereniteit en de pracht van de Borobudur. Onze weekhartige harten konden het
vandaag natuurlijk ook niet weerstaan om van de straatverkopertjes, die werkelijk op iedere hoek van de straat staan, iets te kopen. Nadat we gisteren al drie mooie batik schilderijtjes hebben
gekocht, gingen onze rupiaas vandaag naar twee boedhabeeldjes (sunrise en sunset), twee echte jogja-zilveren ringen voor Liek(ie) en een paar echt lederen slippers voor Paul. We hebben in ieder geval
weer goed kunnen oefenen met afdingen. Aangezien iedereen die hier woont ons alles, maar dan ook alles kan wijsmaken, geloven wij echt dat wij hier voor weinig geld het allerbeste waar hebben
gekregen. . . . . . Keep on dreaming ; )
Our first becak-tour Yogyakarta Na een hectische aankomst op de airport van Yogyakarta, er moest ineens een visum gekocht worden anders mochten we er niet in. Wij natuurlijk totaal niet voorbereid en
met veel gehannes ergens bij een ATM geld kunnen pinnen om de visa alsnog in onze zak te kunnen steken om dan eindelijk de wijde wereld van Java in te kunnen stappen. Hemel, ik was het even vergeten
hoe dit klimaat hier je aan kan vallen. Alletwee duizelend van de klamme hitte gecombineerd met de vermoeidheid van de reis. Diep ademhalen. . . En ja hoor daarna ging het wel weer. Inmiddels
aangekomen in ons hotelletje waar we de aankomende twee nachten zullen verblijven, heeft Paul inderdaad zijn welverdiende duik in het zwembad genomen, en zijn we in de becak gesprongen. Tollend van
de slaap door het doorhalen van die nacht die we niet gehad hebben, al hobbelend door de straten van Yogya gereden. Batikfabriekje bezocht, zilversmid bezocht, wayangpoppenfabriekje bezocht. Tijdens
de becakrit begon ik van vermoeidheid echt te knkkebollen, maar Paul maakt het nog bonter, die viel net zelfs in slaap bij het verhaal van de wayangpoppenmeneer, te erg! Afijn, hebben de becak-meneer
netjes betaald en zitten nu heerlijk te genieten op ons verandaatje van onze hotelkamer. Vanavond vroeg ons bedje in om morgen fris en fruitig de Borobodur te kunnen gaan beklimmen. . . . . .